4 juli 2001, eerste etappe van Breda naar
Europoort, 96 km
De bagage zit al in de fietstassen, alles staat gereed om te vertrekken. Het
belooft een relaxed dagje te worden vandaag. Er waait een lekker oostenwindje,
voor mij rugwind dus, en de zon schijnt op een aangename manier.
Aangezien ik pas om 16:30u bij de terminal hoef te zijn om in te checken, en
daarvoor nauwelijks 100 km. meewind moet fietsen, slaap ik lekker uit. Een
goed ontbijt, nog wat kleinigheden inpakken en rond een uur of 11 lig ik op de
fiets richting Europoort.
De weg ken ik grotendeels uit mijn hoofd; regelmatig rijd ik met een groepje ligfietsers richting Haringvlietbrug, waar ik nu ook weer het Hollands Diep oversteek. Door de Hoeksewaard trap ik richting Nieuw-Beijerland waar ik het pontje over het Spui pak. De Hoeksewaard is toch wel een apart stuk om te fietsen: allemaal lange dijken en enorm uitgestorven. Vrij saai dus, maar met de zon die schijnt en wat meewind valt het allemaal best mee.
Aan de andere kant van het Spui vervolg ik m'n weg door Voorne-Putte richting
Brielle, waar ik met Ab Touw van ligfietscentrum
Brielle heb afgesproken. Mijn voornaaf kraakt een beetje, niet alarmerend
volgens mij, maar toch wel fijn dat er nog even een specialist naar kan kijken.
Achteraf blijkt dit maar goed ook; vet zit er vrijwel niet meer in het lager,
wel verroeste kogels. Ab vervangt kogels, cups en zet alles in het vet. Moeilijk
te zeggen, maar de kans is groot dat dit mijn vakantie gedeeltelijk had kunnen
verknallen. Ab, bedankt!
Na nog een laatste kop Nederlandse thee te hebben gedronken met Ab en Bram,
rij ik verder naar de terminal waar de ferry richting Hull vertrekt. Er staan
nog drie fietsers te wachten, waarmee ik wat plannen en ervaringen uitwissel. Zo
rond 17:00 uur fiets ik de boot op, waar ergens voor in een hoekje de fietsen
stevig aan een hekje moeten worden vastgebonden.
Met alleen de toptas, voorzien van handbagage, begeef ik me naar de passagiersdekken, waar ik eerst maar eens een douche neem. Vervolgens snel naar het achterdek, om op een bankje in de zon te kijken naar het verdere laadproces van de boot. Nog wat schrijven, kijken en een praatje maken met een Nederlandse ligfietser die nu een auto- en wandelvakantie door Schotland gaat ondernemen. |
Echt haast heeft de boot blijkbaar niet, om half acht is men nog aan het laden.
Aangezien ik best hongerig ben geworden besluit ik het vertrek maar vanuit het
restaurant te gaan volgen. Lekker eten, precies zoals in mijn herinnering van
een aantal jaren geleden toen ik naar Schotland ging.
Na het eten lees ik nog wat op het achterdek en raak in gesprek met Hans, één
van de andere fietsers die naar de Shetlands gaat fietsen en vandaar een
ferry naar Noorwegen gaat nemen. Vanuit Bergen rijdt hij dan weer naar
Nederland. Klinkt goed.
Om alvast een beetje het Britse gevoel te krijgen drinken we nog een pint of
bitter voor het slapengaan. Ik heb geen hut genomen en moet het dus met een
slaapstoel doen.
5 juli 2001, tweede etappe van Hull naar Liverpool, 225 km
De nacht in de slaapstoel beviel redelijk. Even wennen,
maar na een dagje fietsen blijk ik toch vaak goed te kunnen slapen, of dit nu in
een stoel of bed is. Zal ook wel iets te maken hebben met de geleverde
inspanning.
Rond een uur of zeven opgestaan en samen met Hans ontbeten. Officieel kun je de
boot niet voor acht uur verlaten, maar als we rond kwart voor acht naar beneden lopen
worden we door niemand tegengehouden, zodat we onze fietsen klaarmaken en met
een slalom tussen de auto's door de boot verlaten.
Na een paar kilometer gaat Hans noordwaarts, op weg naar York, en ik westwaarts
richting Leeds. Nog even een hand en een bemoedigend woord en vervolgens
splitsen onze wegen zich.
Vandaag moet ik een grote afstand overbruggen, morgenochtend om acht uur gaat mijn boot naar Dublin, daarom staat vandaag Dwars door Engeland op het programma. Omdat ik dus op wil schieten besluit ik de A63 te nemen. Volgens de kaart een dual carriageway waarop fietsen gewoon is toegestaan. Het schiet inderdaad lekker op. maar echt ontspannen is het niet. Zo hier en daar ligt een stukje vluchtstrook waar ik over kan fietsen, meestal is het echter goed links(!) houden en de vrachtwagens langs je laten razen. Gelukkig is er na een kilometer of 25 de mogelijkheid de weg te verlaten, en een veel rustiger weggetje te nemen richting Howden en Goole. Een verademing!
De tactiek van "iets grotere wegen nemen" werkt vanaf nu goed. Via Pontefract, Wakefield blijf ik mooi ten zuiden van Leeds. De wegen die ik volg zijn van goede kwaliteit en niet erg druk. Echt spectaculair is het landschap niet, maar dankzij het prachtige weer, de wind in de rug (nog steeds oostenwind) geniet ik volop van het fietsen. Een stukje voor Huddersfield begin ik te merken dat er met steeds grotere regelmaat geklommen moet worden. Op de kaart kijkend kom ik tot de ontdekking dat ik me in de uitlopers van het Peak District bevind, niet echt verwonderlijk dus dat de hellinkjes steeds talrijker worden. Overigens wordt het landschap ook steeds mooier: prachtige uitzichten op de omringende heuvels en volop schapen op de weg.
Mijn voorbereiding, wat de routeplanning betreft, was vrij
summier, Dat ik in de heuvels terecht zou komen, had ik helemaal over het hoofd
gezien. Echt erg vind ik het niet, dankzij de gunstige wind is mijn gemiddelde
heel acceptabel en bovendien heb ik alle tijd. Wat ik wel vooraf had gezien, was dat
Manchester moeilijk te omzeilen zou zijn. Ik ga dus ook niet proberen er
helemaal om heen te rijden, maar een poging wagen ten noorden van het centrum aan
de andere kant van de stad uit te komen. Klinkt eenvoudig; in de praktijk sterft
dit mooie plan in schoonheid. De wegen die ik zoek zijn op de beslissende
momenten onvindbaar, en ik moet dan ook al snel terugvallen op richtingsgevoel.
Na een tijdje vertrouw ik dat ook niet meer, en ga aan voetgangers de vraag te
stellen hoe ik het gemakkelijkst met mijn fiets in Liverpool kom. De eerste drie
adviezen die ik krijg zijn naar het station te rijden en mijn fiets in de trein
te zetten. Volgens de mensen is dit het gemakkelijkst en bovendien ook het
snelst.
Dat is natuurlijk niet de bedoeling, dus fiets ik maar wat verder totdat ik op
een gegeven moment een aanduiding zie die wijst naar de A57, richting Liverpool.
Hoera, die moet ik hebben. Ongetwijfeld niet de kortste weg, vooraf had ik
waarschijnlijk ook wel een andere gezien, maar nu is de keuze snel gemaakt.
Zonder al te veel problemen rijd ik uiteindelijk Liverpool binnen, waarna het nog heel wat kilometers duurt voordat ik de jeugdherberg vind, die vlakbij de ferryterminal ligt, erg gemakkelijk voor morgenochtend. Redelijk vermoeid check ik om acht uur in bij de jeugdherberg, neem een verfrissende douche en ga, samen met Alexis uit Zwitserland die gelijk met mij aankomt in de jeugdherberg, het centrum in op zoek naar wat eten. Het wordt pizza, er zullen er nog vele volgen maar dat wist ik toen nog niet.
Zo rond een uur of 11 vind ik het welletjes, en kruip in bed. Lang wakker liggen doe ik niet, fietsen maakt niet alleen hongerig, maar ook slaperig....
Liverpool, stad van de Beatles.
De yellow submarine vlakbij de jeugdherberg.
Verder naar De republiek
Terug naar Inleiding over Ierland
Terug naar Vakantie op de ligfiets